Een statutair bestuurder komt minder ontslagbescherming dan een gewone werknemer toe. Een ander verschil is dat bij het ontslag zowel arbeidsrechtelijke als vennootschapsrechtelijke bepalingen betrokken zijn. En ook dat de rechtbank het verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst beoordeelt. En niet de kantonrechter.
Op 22 november 2022 heeft de rechtbank Limburg een interessante uitspraak gedaan in een verzoek tot ontbinding van de arbeidsovereenkomst van een bestuurder. Jouw advocaat Ondernemingsrecht Diep Den Haag neemt je hierin mee.
Ontbinding
In de betreffende uitspraak (ECLI:NL:RBLIM:2022:9229) ging het meer specifiek om het ontslag van de financieel bestuurder. De aandeelhouders verweten de bestuurder dat hij zich bemoeide met zaken die hem niet aangingen, dat hij zich knorrig gedroeg en “kort door te bocht reageerde”.
Volgens de rechtbank kon hetgeen ter zake de d-, g- en h-grond (disfunctioneren, verstoorde arbeidsverhouding respectievelijk andere omstandigheden) door de werkgever aangevoerd was, de verzochte ontbinding van de arbeidsovereenkomst niet dragen. Wel maakt de combinatie van voornoemde omstandigheden dat de arbeidsovereenkomst op de i-grond moet worden ontbonden. Volgens de rechtbank omdat de bestuurder bij een eventuele terugkeer alleen in de top van de onderneming kan worden ingezet, waarschijnlijk op het gebied van financiën. De bestuurder zal dan nauw moeten samenwerken met de directeur, die al aangegeven heeft geen enkel vertrouwen in een goede samenwerking te hebben. De rechtbank ziet niet hoe de bestuurder normaal kan functioneren. Ook omdat de werknemers van de onderneming op de hoogte zijn van het vertrek van de bestuurder. Verder acht de rechtbank van belang dat de resultaten van de onderneming onder druk staan. De directie moet zich volledig kunnen richten op de continuïteit van de onderneming en geen last hebben van onderling verstoorde verhoudingen. Dit alles maakt volgens de rechtbank dat in redelijkheid niet van werkgever kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst voor te zetten.
Maar: ernstige verwijtbaarheid werkgever
Dat de situatie ontstaan is dat de arbeidsovereenkomst niet voortgezet kan worden, is naar het oordeel van de rechtbank volledig aan werkgever te wijten. In de eerste plaats door de ernst van de kritiek niet duidelijk te maken. Ook had het op de weg van de werkgever gelegen de bestuurder de kans te geven zijn functioneren te verbeteren, eventueel met hulp. Omdat een statutair directeur minder ontslagbescherming heeft, volgens de rechtbank juist bij een werknemer als deze. Dat dit niet gebeurd is, acht de rechtbank bijzonder kwalijk. Al met al is de mededeling van werkgever niet langer doorwilde met de bestuurder feitelijk rauwelijks gebeurd. Volgens de rechtbank kwalificeert dit als ernstig verwijtbaar handelen. Zodoende heeft de bestuurder recht op een billijke vergoeding.
Billijke vergoeding
Gezien de diverse kritiekpunten zoals blijkt uit de beoordelingsverslagen en de gerede twijfels van de rechtbank of de bestuurder – indien hij hier op juiste wijze op aangesproken was – bereid en in staat was geweest zijn gedrag te veranderen, gaat de rechtbank ervan uit dat de arbeidsovereenkomst nog een jaar geduurd had. Verder schat de rechtbank in dat de bestuurder, die nu arbeidsongeschikt is, over een jaar weer in staat zal zijn inkomsten te verwerven. Gezien de krapte op de arbeidsmarkt, acht de rechtbank de bestuurder ondanks zijn leeftijd niet kansloos bij het vinden van een nieuwe baan. Wel ligt een lager inkomen volgens de rechtbank voor de hand.
Op grond hiervan acht de rechtbank een vergoeding van EUR 150.000,= (een jaarsalaris) billijk. Daar komt het punitieve deel bij. De billijke vergoeding is er, zo overweegt de rechtbank, immers ook om te werkgever er bewust van te laten zijn dat haar handelen fout is en in vervolg moet worden voorkomen. Door de bestuurder rauwelijks te ontslaan en geen verbetertraject aan te gaan, heeft de werkgever de makkelijke weg gekozen. Dit kost haar nog eens EUR 30.000,=. En aldus bedraagt de billijke vergoeding EUR 180.000,=.
Transitievergoeding
Voorts heeft de bestuurder (onder meer) recht op een transitievergoeding. Omdat op de arbeidsovereenkomst op de i-grond ontbonden is, wordt aan de bestuurder een extra vergoeding van 50% van de transitievergoeding toegewezen.
Ondernemingsrecht Diep Den Haag
Heb je vragen over het ontslag van een bestuurder of anders behoefte aan juridisch advies ondernemingsrecht in Den Haag? Neem contact op of maak direct een afspraak. Jouw specialist op het gebied van verbintenissenrecht & ondernemingsrecht Diep Den Haag vertelt graag wat wij voor je kunnen betekenen. Maar ook als het gaat om geschillen met en tussen aandeelhouders, de ondernemingsraad, commissarissen en bestuurders staat jouw corporate advocaat Diep Den Haag graag voor je klaar.